mei 282016
 

Gelukkig ging er aan het einde van de morgen een bus van La Unión naar Huaraz en niet in de vroege nacht, zoals de vaak verouderde Lonely Planet vermeldde. We aten een warme maaltijd als laat ontbijt / vroege lunch als voorbereiding op de relatief lange reis van vier uur. De bijna lege, redelijk comfortabele bus vertrok voor Peruaanse begrippen stipt op tijd. De weg was goed tot zeer goed. We gingen over een pas op 4711 meter hoogte. (Zit daar geen luchtje aan?) De chauffeur testte het materiaal goed in de vele (haarspeld)bochten, wat niet altijd even aangenaam was. We reisden tussen veel hoge, besneeuwde bergen door, de hoogste van Peru. We zagen cordillera (bergketen) Huayhuash en verderop cordillera Blanca (wit) en Negra (zwart) en we verlieten na tien dagen de sierra (bergen) central. We daalden en stegen vaak snel en kwamen best vermoeid aan.

Huaraz, een grotere stad, ligt in een vallei op 3250 meter hoogte, omringd door bergen, wat iets zegt over de hoogte van de bergen. De besneeuwde Huasarán is zelfs 6768 meter hoog! Er zijn in deze omgeving maar liefst 18 bergen hoger dan 6000 meter. Dit zijn na de Himalaya de hoogste bergen van de wereld.

Huaraz is net als Lima een vertrouwde plaats, die ik voor de derde keer bezocht. Het is een noodzakelijke stop i.v.m. het transport. We sliepen in het gunstig gelegen hostal Schatzi, een adres dat we tijdens een eerdere reis ontdekten en nu ook (helaas) in de reisgids wordt vermeld. De kamers van het hostal liggen op twee verdiepingen rond een mooie, rustige binnenplaats. We bereikten de kamers via een kleine ijzeren wenteltrap, waarvan er twee zijn, en een krakende houten balustrade met een soms wat gammele leuning. De vrolijk fluitende parkietjes waren er ook nog steeds. De kamer was aangenaam en ruim en de douche heerlijk warm. Tot diep in de nacht was het gedreun van een disco in de verte te horen. Gelukkig was het niet heel storend.

De meeste hostals zijn hier hoge gebouwen. Hostal Schatzi is één van de weinige uitzonderingen. Het lijkt wel of de mensen de aardbeving in 1970 van acht op de schaal van Richter vergeten zijn. Deze aardbeving maakte alle steden en dorpen hier in de omgeving met de grond gelijk. Het plaatsje Yungay werd bedolven door een grote modderstroom, waardoor alle 25.000 inwoners omkwamen. Het gedenkteken / de begraafplaats bezochten we tijdens een eerdere reis.

Veel jonge toeristen komen naar Huaraz voor een trektocht door één van de vele bergketens, niet vermoedend dat dit zwaarder en onaangenamer is dan ze denken. Huayhuash wordt niet voor niets uitgesproken als “why wash?”, want gedurende de trektocht van zeker een week is er geen ander water beschikbaar dan dat er wordt meegenomen. Ook het effect van de hoogte wordt vaak onderschat.

Een consequentie van relatief veel toeristen is dat de voorzieningen in Huaraz goed zijn, maar ook dat de prijzen wat hoger liggen en de benadering wat minder persoonlijk is.

De volgende dag reisden we met een minibusje via een goed geasfalteerde weg in de callejón (vallei) de (van) Huaylas, grofweg lang Río Santa (heilige rivier), in minder dan drie kwartier naar het stadje Carhuaz (2640 meter; wordt uitgesproken als “car wash”), waar op zondag een grote, kleurrijke markt is. De mensen komen uit de omringende dorpen om spullen te kopen en verkopen, vaak in traditionele klederdracht, hier met kleurrijke rokjes en hoge hoeden. Behalve huishoudelijk spullen, waren er bouwmaterialen, zoals spijkers in allerlei soorten en maten, en gereedschappen, zoals pikhouwelen, en lokale groenten en fruit. De meest opmerkelijke dingen vond ik wolverf, ijzeren platen bedoeld om op te koken, waarschijnlijk voor boven een houtvuur, en schalen gemaakt van autobanden, die waren voor de “chanchos” (varkens; helaas werd mij niet duidelijk waarvoor precies).

Ik gaf een paar vrouwtjes, die niets anders hadden dan een kleedje met een paar vruchten en die er al de hele dag zaten, wat centjes. Ze kwamen waarschijnlijk uit één van de armere, omliggende dorpjes. Het verschil tussen rijk en arm is in Peru groot en als je goed kijkt, is dat ook zichtbaar.

De mensen van het platteland houden er hier niet van om op de foto te gaan, hoewel sommigen om een “propina” (fooi) vragen als ze je met een camera zien lopen. Ze zijn ook slim genoeg om een smartphone als een camera te herkennen.

De plaza is ruim en opmerkelijk is dat er palmbomen en rozen groeien. Toen we aankwamen waren er figuren van bloemenblaadjes door scholieren op de straten rondom de plaza gemaakt.

We sliepen in het goedkope (we hebben maar weinig nodig) hostal Lucas in een enorm grote, schone kamer in een lekker stevig bed voor slechts 1/3 van de prijs in Huaraz.

In Carhuaz, slechts drie kwartier van Huaraz en waar je bijna over de hoofden van de toeristen kunt lopen, zagen we geen enkele toerist. De besneeuwde bergen zijn hier steeds nadrukkelijk aanwezig.