jun 102016
 

Op de “mercado” (markt; in grotere plaatsen meestal gevestigd in een groot gebouw) van Cajabamba aten we een broodje gebakken ei als ontbijt. De Peruanen eten ’s ochtends warm, of eigenlijk worden alle maaltijden warm gegeten, hier o.a. “cabeza” (kop), in dit geval schapenkop die afgekloven werd. Eet smakelijk!

Met één van de “carros” (gedeelde taxi), die naast het politiebureau vertrekken, reisden we in minder dan anderhalf uur naar Huamachuco (3180 meter) door een prachtig groen berglandschap. We passeerden vele bruggetjes, waaronder een aantal oude houten bruggetjes met loszittende planken, waar ook “gewoon” een bus overheen gaat. We werden bij een autovrije hoofdstraat afgezet, die eindigt op het centrale plein. In deze straat verzorgt de “municipalidad” (gemeente) gezellige muziek met grote boxen die om de zoveel meter boven de straat hangen.

We vulden onze voorraad limoenen en bruine rietsuiker aan, die we gebruiken voor zelfbereide “té de manzanilla” (kamillethee). Zo krijgen we ook wat extra vitamine C binnen. We aten bij een leuk, christelijk vegetarisch restaurantje, wat goed is voor de afwisseling (het eten dan).

In de voormiddag bezochten we het gratis gemeentemuseum, waar met name keramiek, maar ook enige mummies, van de archeologische vindplaatsen in de buurt worden tentoongesteld. Het museum is niet groot, maar was zeker de moeite waard. Ik kon geen buitenlanders in het gastenboek vinden.

In de namiddag bezochten we de nabije archeologische vindplaats Wiracochapampa (ca. 800 na Christus) met een mototaxi. De vindplaats ligt in een vallei op ongeveer 3030 meter hoogte. Het weer was dreigend, wat enige mooie foto’s opleverde. We waren de enige bezoekers. Een bezoek aan deze vindplaats was zeer zeker de moeite waard. Een bezoek van een half uur, zoals het bureau voor toerisme aanraadde, is veel te kort, vooral als je buiten de aangelegde paden gaat. 😉 Op de terugweg in de mototaxi regende het hard, het water gutste over de hellende straten, maar daar hadden we gelukkig geen last van. We lieten ons dichtbij de deur van het hostal afzetten. De regen was inmiddels gestopt.

We kochten ruim van tevoren “boletos” (tickets) voor de Tunesa bus zondag om negen uur naar Trujillo, zodat we gunstige plaatsen voorin hadden.

We overnachtten in het uitstekende, zeer betaalbare hostal Plaza aan de rand van het centrale plein (waar anders?). Er was zelfs een Daewoo “frigobar”, die hebben we in Peru in goedkopere hotelletjes nog nooit eerder gezien. Andere details: spaarlampen, wc-rol houder, keramische wastafelkraan, intercom, geen verkalkte douchekop. (Het water in de bergen is mineraalrijk, getuige onze verkalkte dompelaars.) De vriendelijkheid en kwaliteit van de toeristische informatie liet echter wel te wensen over.

We hadden een mooi uitzicht op het plein, dat het grootste/mooiste van Peru schijnt te zijn. Er zijn in diverse vormen gesnoeide buxus struikjes en zorgvuldig onderhouden bloemperken. Het plein wordt verbouwd, want het moet natuurlijk wel het mooiste van Peru blijven.

’s Avonds deelden we een pizza mediterranea “mediana” (acht punten). Een pizza is veilig eten, want alles is goed verwarmd geweest. In het algemeen is de hygiëne in Peru in de loop van de tijd verbeterd, maar het blijft oppassen wat en waar je eet.

De volgende dag zochten we naar een “combi” naar de archeologische vindplaats Marcahuamachuco. We werden geholpen door een aantal vriendelijke agenten die zelfs een mototaxi voor ons regelden naar de juiste “parada” (halte). Er waren nog maar erg weinig passagiers bij de combi en het was onduidelijk of de combi naar de juiste plek ging en wat de kosten waren. We besloten terug te lopen naar de brug over de rivier, waar de weg naar de vindplaats afsplitst. We kwamen te weten dat het mogelijk was om met een mototaxi naar de vindplaats te gaan en wat dat ongeveer zou moeten kosten. We onderhandelden met een naar zweet ruikende mototaxichauffeur. Hij bracht ons in ca. 20 minuten naar het voetpad omhoog naar de vindplaats. Het was een aardige klim naar zo’n 3580 meter over een rotsachtig pad, dat steeds de veel langere weg naar boven kruiste. Ongeveer een uur later waren we boven. We schreven ons in het gastenboek in. Volgens het gastenboek komen hier maar heel weinig toeristen. De meeste bezoekers zijn Peruaanse jongeren. We volgden het “circuito”, zodat we de belangrijkste ruïnes zagen. We namen vele foto’s met grote wolkenpartijen en vergezichten. Het circuit, dat niet echt rondliep, eindigde bij het voetpad omhoog. We daalden af in de hoop een auto of mototaxi tegen te komen. We liepen al een stuk over het lager gelegen geasfalteerde deel toen we een lift van een SUV met een open achterbak kregen. De jongeren die voor ons liepen kregen ook een lift. Het was ongemakkelijk achterin, maar beter dan vier kilometer over asfalt lopen. Na een minuut of tien werden we bij de rivier beneden afgezet. Over een voetgangersbrug waren we weer snel op de plaza en gereed voor een wat late lunch.

Het resultaat van de verkiezingen is dat Pedro Pablo Kuczynski (PPK) met een zeer kleine meerderheid (50,1%) gewonnen heeft en dat de partij van Keiko Fujimori de meeste zetels in het Congres heeft. Veel armere Peruanen hopen op “progreso” (vooruitgang) en “cambio” (verandering). De wat meer ontwikkelde Peruanen weten dat het allemaal niet zo snel zal gaan en dat niet alle beloftes ingewisseld zullen/kunnen worden.

De snelst groeiende economieën van dit moment zijn China, India, Mexico en Peru. Peru telt ruim 30 miljoen inwoners, waarvan 78% (!) in een stad woont. 15% is blank, 37% is mestizo (gemengd), 3% is Aziatisch en 45% is “indígena”, hetgeen het hoogste percentage in Zuid-Amerika is. De bevolkingsdichtheid is ongeveer 24 mensen per vierkante kilometer. (Nederland heeft ruim een 16x hogere bevolkingsdichtheid.)

Internet: HSDPA, langzame, instabiele Wi-Fi verbinding. (De foto’s konden niet bijgewerkt worden.)

Hopelijk hebben we later geen last van de Air France stakingen. Een interessant achtergrondartikel.