Ruim twee weken geleden ben ik in de loop van de ochtend met de trein naar Schiphol gereisd. Het vliegtuig naar Casablanca vertrok keurig op tijd en krap 3½ uur en een maaltijd later landde ik daar. Door een wijziging in het vluchtschema van Royal Air Maroc moest ik helaas 7 uur wachten op het vliegveld Mohammed V, waar niet veel te beleven was. Ik was blij dat ik een boek bij me had. Op de luchthaven van Agadir stond netjes een taxi met het beloofde bordje “Ranch Reha” te wachten, welke mij na een razend rit van net een half uur kort na middernacht afleverde bij het prima hotel Littoral. De kamer deelde ik met Lars, een Duitse man van 37 jaar. Hij kon niet goed slapen vanwege de warmte, dus ik stoorde hem niet echt.
De volgende dag maakte ik tijdens het ontbijt in het hotel kennis met de enige andere deelnemer, Cordula, een Duitse vrouw van 40 jaar. Na het ontbijt werden we naar de nabij gelegen ranch gebracht, waar we kennis maakten met de 26 jarige gids en verzorger van de paarden, Abdullah. Ik kreeg een mooie, bijna zwarte hengst van 11 jaar oud met de naam Tanalt toegewezen (schofthoogte ca 1,50 meter). Het harnachement was prima in orde. Ik heb erg genoten van de kennismakingsrit langs het strand, bedoeld om te kijken of het paard bij je past. Tanalt beviel mij uitstekend. Veel energie, maar toch betrouwbaar. Na de rit kregen we op de ranch een lekkere tajine, aangeboden. Ik ben nog even in het zwembad van het hotel gedoken, het dak van het hotel opgeklommen en heb daarna het voorstadje van Agadir (Tamraght) verkend. Samen met Cordula ben ik nog naar de souq van het stadje en het nabije strand geweest, nog op tijd voor de zonsondergang. Daarna was het al snel tijd voor het avondeten en de tweede nacht in het hotel.
De volgende tien dagen hebben we zo’n 5 tot 6 uur per dag paard gereden en was er één rustdag in de buurt van een klein, fotogeniek vissersdorpje. Het ritme is elke dag zo’n beetje hetzelfde: wakker worden met zonsopgang, ontbijt met brood en La Vache qui Rit of jam en natuurlijk muntthee, gemaakt van groene thee, veel verse munt en suiker (“Berber Whisky“), paarden poetsen en zadelen en rond 9 uur op weg. Daarna een aantal uren paardrijden, lunch met inmiddels goed door elkaar geschudde tabouleh, meestal op basis van pasta of rijst, gevolgd door een kortere of langere siesta. Meestal verkende ik de omgeving, vaak in de nabijheid van een klein Berber (handels)dorpje. ’s Middags werd dan nog een aantal uren gereden om aan het einde van de dag aan te komen in het kamp, dat al door de hulp Ahmed (26/27 jaar) en de aardige kok Semir (ca. 40 jaar), opgebouwd was. Meestal kregen we snel pinda’s, rozijnen, popcorn, muntthee en de dadels en zoetigheden die horen bij de Ramadan. De avondmaaltijd, beginnend met harira en daarna een tajine met rundervlees, kip of vis werd in verband met de Ramadan altijd na zonsondergang opgediend en gezamenlijk gegeten. De tajine is vooral met pompoen erg lekker!
Het landschap is ruw, maar mooi. De kleur van de bodem varieert van diep rood, zalmroze, grijsblauw tot muntgroen, vaak prachtig afstekend tegen een helder blauwe lucht met hier en daar een wolkje. Één dag zijn we door een indrukwekkende canyon gereden. Meestal werden karresporen of kleine paden gevolgd die vaak langs of door kleine Berberdorpjes liepen. Af en toe reden we een poosje langs een geasfalteerde weg waar zo nu en dan een auto langskwam (mijn paard was bang voor grote auto’s, dus dan moest ik goed opletten). Een paar keer zijn we een drukkere weg overgestoken. Behalve af en toe een vliegende galop langs het strand of een galopje of draf tussendoor werd er gestaag gestapt. Een enkele keer moesten we naast het paard lopen vanwege stenige en/of sterk dalende paden. Sommige veel gebruikte paden waren erg stoffig.
De begroeiing kenmerkt zich door argan bomen, waarvan een medicinale olie uit de zaden wordt gewonnen. Onderweg bezochten we ook een fabriekje van de coöperatie Tamounte van de vrouwen van het plaatsje Imint’lit. De vrouwen maken met stenen de zaden open en deze worden later machinaal koud geperst. Soms waren er ook bossen van heerlijk geurende levensbomen. De gids vertelde ons dat het in het gebied vier jaar niet geregend had. De meeste begroeiing was dan ook vrij dor. Regelmatig zagen we geiten in bomen op zoek naar de laatste nog eetbare blaadjes. Ook zagen we veel mensen op ezeltjes (hét lokale vervoermiddel), vaak op weg om water te halen uit een put. Behalve geiten, ezels, (mini)dromedarissen, vogels, een gier, mieren en een zwarte scarabee heb ik niet veel dieren gezien. Op sommige plekken was er door irrigatie nog landbouw mogelijk. Ik zag o.a. granaatappels en rode pepers. ’s Avond hadden we granaatappels als toetje …
Zowel overdag als ’s nachts was het niet koud. Wel was er na de eerste dag veel wind, welke opstak toen we naar het hoogste kamp gingen. De mensen die in een tent sliepen hebben die nacht niet erg goed geslapen (het klapperen maakt veel lawaai). De tent van Lars en de tent van Ahmed zijn volledig omgewaaid. Op de vraag aan Ahmed “Ça va bien?” kreeg ik het ongebruikelijke antwoord “Ne pas ça va bien! ça va mal!“. Later hebben we daar erg om gelachen! Ik sliep die nacht in een klein stenen, verlaten Berberhuisje en heb nergens last van gehad. Door de wind heb ik alleen de eerste twee nachten buiten onder de sterren geslapen. De andere nachten heb ik in de grote eettent geslapen. Op grotere hoogte en langs het strand was een warmere trui soms wel nodig, vooral de laatste dag langs het strand was er een harde, frisse wind tegen. Door het opwaaiende zand en schuim en de lange onafgebroken rit van bijna 6 uur misschien wel de meest oncomfortabele rijdag. De meest uitdagende lunch was in ieder geval tijdens een zandstorm. De oplossing was een plastic zak om de lunch en op het juiste moment een hap nemen!
De route is van het zuidelijk gelegen Agadir naar het noordelijk gelegen Essaouira. Na de laatste lunch buiten werden de paarden in een vrachtauto geladen en teruggebracht naar de ranch. Wij werden naar het vrij luxe hotel Sahara gebracht. In tegenstelling tot de reisbeschrijving kregen we allemaal een eigen kamer. Het was prettig om even lekker uitgebreid en ongestoord onder de douche te kunnen gaan! Tijdens de tocht heb ik mij twee keer uitgebreid gewassen met een paar emmers water en was er twee keer gelegenheid om in de zee te zwemmen.
Essaouira is een mooie en prettige stad om te verblijven. Het is enigszins toeristisch, maar zonder dat het de authenticiteit van de stad erg aantast. De lokale bevolking doet zijn inkopen nog steeds op de drukke en kleurrijke souqs in de medina. Hoewel ik er al eens geweest was, heb ik met veel plezier weer rondgedwaald in de vele kleine steegjes. Interessant is dat in de haven (op loopafstand; net buiten de stadsmuren) nog steeds houten schepen met de hand worden gemaakt. Een man vertelde mij dat het raamwerk van eucalyptus hout wordt gemaakt, de boeg van het hardere iroko en de bekleding van teak. Het kost vijf of zes mannen die zes dagen in de week werken een jaar om een schip te voltooien.
Na de tweede nacht in Essaouira gingen we met een lokale bus terug naar het voorstadje van Agadir (3½ uur, 175 kilometer; te paard 10 dagen door de bergen). Er was nog gelegenheid om afscheid te nemen van de paarden en voor een bezoek aan het strand. Mijn eerste vlucht was om 6 uur ’s ochtends, dus ik moest vroeg op. Vervelend was dat de taxi ruim een half uur te laat was, maar dit zorgde gelukkig niet voor problemen. Ik hoefde nergens lang te wachten, dus ik was snel weer thuis. Gelukkig was het weer in Nederland goed, hoewel ik het de volgende dag op mijn werk door de airconditioning wel koud heb gehad.
Al met al vond ik de reis heel goed verzorgd. De paarden waren in een verrassend goede conditie, zeker als je bedenkt dat dieren in dit soort landen vaak als gebruiksvoorwerpen worden behandeld. Ik zou deze enigszins primitieve maar niet al te zware tocht zonder twijfels aan iedere avontuurlijke paardenliefhebber durven aanbevelen.
Originele reisbeschrijving
De tocht begint in de uitlopers van het Atlasgebergte, met adembenemend uitzicht over de Atlantische zee. Kamperen bij een bron onder palmbomen, rijden over oude wegen die al honderden jaren door de Berbers gebruikt worden, door kleine Berberdorpjes, langs kalksteenformaties en langs de kust. De trektocht eindigt in de populaire badplaats Essaouira, de witte stad aan zee. Hier neemt u afscheid van de paarden. Voor u terug wordt gebracht naar de ranch heeft u nog een dag de tijd om de kleine steegjes, de talrijke marktkraampjes en de haven van deze stad te ontdekken. U verblijft drie nachten in een meerpers.kamer op de ranch, vlakbij het strand. Onderweg slaapt u in tenten en 2 nachten in een hotel in Essaouira.
Van dag tot dag:
Dag 1: Transfer vanaf de luchthaven Agadir. U overnacht op de ranch, waar u ook alvast de paarden leert kennen.
Dag 2: In de ochtend maakt u een kennismakingsrit. ’s Middags bent u lekker vrij om van het strand of de omgeving te genieten.
Dag 3: U rijdt door de uitlopers van het Atlasgebergte. Hier vandaan heeft u een prachtig uitzicht over de Atlantische Oceaan. U overnacht in een tentenkamp in een bos van levensbomen.
Dag 4: Over oude wegen, die al honderden jaren door de Berberbevolking gebruikt worden, rijdt u naar het Tichkji-dal.
Dag 5: U steekt een canyon over, passeert kleine Berberdorpjes en kalksteenformaties op weg naar Tlata Tankert.
Dag 6: U rijdt via het typische dorpje Ksar d’Amrane naar het plateau van Timsine.
Dag 7: De etappe van vandaag leidt u naar de zee. De kust is hier ruig, met vele kloven en spleten. U rijdt door de duinen en in galop over het strand.
Dag 8: Rustdag voor mens en paard. U kunt de dag op het strand doorbrengen of een nabijgelegen vissersdorpje bezoeken.
Dag 9: U laat de kust achter u en trekt opnieuw de bergen in. In dit gedeelte is Marokko erg groen; palmbomen, oleanders en andere planten groeien hier uitbundig.
Dag 10: Vandaag gaat u te paard naar een Berberdorp, waar u een traditionele markt bezoekt.
Dag 11: U doorkruist verschillende sfeervolle dorpjes. U brengt de nacht door in Sidi Hamd ou Hamd.
Dag 12: Op de zandwegen komen we verschillende geiten- en dromedarishoeders tegen. Vervolgens rijdt u over het strand naar Essaouira, de witte stad aan zee. Hier neemt u afscheid van de paarden. De nacht wordt in een hotel doorgebracht.
Dag 13: Tijd om Essaouira te bezichtigen. In het 17e eeuwse stadje vindt u talrijke steegjes, marktkraampjes en een sfeervolle haven. Ook het fort van Essaouira is het bezoeken waard. U verblijft opnieuw in een hotel.
Dag 14: U wordt teruggebracht naar de ranch in Agadir. Hier kunt u nog even van strand en zee genieten.
Dag 15: Transfer naar de luchthaven of verlengweek op de ranch.
Incl.: 15 dagen / 14 nachten op basis van volpension, de nachten in het hotel op basis van halfpension, 10 dagen paardrijden en bagagetransfers.