Het ontbijt bestond uit kleine “chavata” (ciabatta) broodjes en jonge “Zwitserse” kaas, die uit klein Zwitserland, een gebied in het noorden van Peru komt. We zetten voor het eerst zelf koffie en dat lukte goed. We gebruiken Peruaanse koffie van het merk Altomayo, dat een gebied in Peru is. Op het pak staat “para pasar” (om te zetten).
Met een klein busje reisden we in ruim anderhalf uur maar het kleine bergstadje Matucana (provincie Huarochiri). De drukke carretera central volgt hier de Rio Rimac stroomopwaarts. Er waren een paar kleinere tunnels en een wat grotere tunnel en aan het eind staken we de rivier via een brug over naar het stadje. De bergen zijn hier prominent aanwezig. Op de berghelling staan veel grote cactussen. We lieten de karakteristieke mist van Lima definitief achter ons. De hemel is hier strak blauw.
Matucana is veel rustiger en kleiner dan Chosica. De carretera central loopt langs het stadje in plaats van er doorheen, wat een groot verschil maakt. Een verschil is ook dat hier geen tralies voor de winkels zitten. De straten zijn schoon en de huizen goed onderhouden.
Net nadat we aankwamen, was er een kleine optocht van scholieren met muziek, omdat het de dag van het college was.
Thuis luisterden we via het internet naar radio Matucana om alvast de sfeer te proeven en die viel zeker niet tegen. De vaak wat melancholieke muziek is heel herkenbaar als je het ooit gehoord hebt. De meest voorkomende muzieksoort is “huayno” en de wat melancholiekere soort heet “marinero”. De mensen hebben hier een praktische levenshouding die geworteld is in een millennia van geschiedenis, ondanks de aanpassingen aan het moderne leven.
We sliepen in een kleine, maar schone kamer in het twee verdiepingen tellende hostal Matucana. ’s Ochtends was er lauw water, voldoende om ons te kunnen wassen.
Dit stadje komt in de reisgidsen niet voor. We wonnen informatie in bij een kantoortje voor toerisme, waar we vriendelijk te woord werden gestaan.
Na wat gegeten te hebben, lieten we ons met een “mototaxi” (tuk-tuk) brengen naar het nabijgelegen dorpje Huariquiña, dat bestaat uit een kerkje en een paar huizen. Daarvandaan liepen we naar de “caterata” (waterval) Challape. We gingen eerst verkeerd via een steil, smal en rotsachtig pad omhoog, terwijl we de “ferrocaril” (spoorbaan) hadden moeten volgen. De aanwijzingen die we gekregen hadden, waren op meerdere wijzen uit te leggen. De waterval was niet groot, maar wel de moeite waard om te bezoeken.
’s Middags aten we een menu met als voorafje “papas a la huancaina”, plakken gekookte aardappelen in een typische Peruaanse saus. ’s Avonds at Hanneke een lekkere “bisteck” (biefstuk) met “papas fritas”, zelfgemaakte patat. Ik at “trucha frita”, gebakken zalmforel. We deelden samen een Cusqueña negra, een heerlijk donker biertje uit Peru.
Matucana ligt op 2398 meter hoogte, ruim 1200 meter hoger dan Chosica. De temperatuur is hier wat lager, zeker ’s nachts. Overdag is het met veel zon aangenaam. De zon gaat door de bergen vrij vroeg “onder”, al voor 4 uur.
Tot en met Chosica was er snel mobiel internet (LTE), maar in Matucana is er slechts een langzame verbinding (EDGE), die af en toe werkte. Ook de Wi-Fi van het hostal werkte maar af en toe.
Alle foto’s staan voorlopig hier.