sep 262010
 

De busreis terug naar het laag gelegen Plovdiv was zeker een uur sneller dan de reis heen. Naar het oostenlijker gelegen Karlovo (Карлово) was het maar een uurtje met de bus. Omdat we daar enkele uren moesten wachten op de trein naar Kazanlak (Казанлъ̀к), namen we een taxi naar het rustige centrum om op ons gemak wat te eten en drinken.

De trein bestond uit twee oude wagons en een elektrische locomotief. Er werd een keer of tien heel kort gestopt op hele kleine stationnetjes en er werd een paar keer gewacht op aansluitende treinen. Hier worden nog mensen i.p.v. tijden vervoerd … De reis ging door ogenschijnlijk onaangeroerde bossen en later door uitgestrekte landbouwgebieden. Aan de horizon waren bergen, hier en daar gedeeltelijk gehuld in donkere wolken. De beroemde Rozenvallei was nabij, maar was niet zichtbaar vanuit de trein. In deze streek wordt ruim 80% van alle rozenolie van de wereld geproduceerd

Tegen het einde van de reis stapte een groepje Roma (zigeuners) in met zwarte handen van het plukken van walnoten. Het leek erop dat ze problemen hadden met het betalen van het weinige geld voor de trein. Bij het uitstappen kregen we een paar handen vol met walnoten. Onopvallend gaven we één van de vrouwen wat leva’s (лева), die ze blij accepteerde. Zonder dat zij bedelden en zonder dat wij ze beledigden, konden we ze zo toch een beetje helpen.

De volgende ochtend regende het, maar gelukkig klaarde het tegen de middag op. We zochten en vonden een goed verborgen geocache, nabij een bijzondere graftombe, waar in de vierde eeuw voor Christus een Thracische koning begraven werd. De graftombe werd tegen het einde van de 2e wereldoorlog bij toeval ontdekt toen men aan het graven was voor een schuilkelder. De belvomige tombe met een diameter van 12 meter was afgedekt met een sleutelsteen en staat op de werelderfgoedlijst.