Gisteren zijn we weer teruggekeerd naar Sofia (София). We overnachtten deze keer in het modernere en schonere hostel Lavele. Het weer is iets beter, hoewel het kouder is dan waar we op hadden gehoopt.
Vandaag bezochten we de hoger gelegen buitenwijk Boyana (Бояна), ongeveer 8 km van het centrum. Allereerst bezichtigden we het kerkje, dat op de werelderfgoedlijst staat. Er zijn 90 goed bewaarde fresco’s uit 1259, die als zeldzame voorbeelden van de Bulgaarse kunst uit die tijd worden gezien. Er is o.a. een afbeelding van bisschop Sint Nicolaas. Voor een afbeelding van Jezus is waarschijnlijk een Bulgaars jongetje als voorbeeld gebruikt. Er mogen maximaal acht mensen tegelijk voor 10 minuten naar binnen om de fresco’s zo goed mogelijk te behouden. Wij kregen echter een uitgebreide uitleg van een aardige mevrouw, die veel langer dan 10 minuten duurde.
Daarna brachten we een bezoek aan het nationaal historisch museum, dat gevestigd is in het voormalige, presidentiële paleis, een imposant gebouw. Van de 22.000 tentoongestelde stukken vond ik het complete graf van een Thraciër uit 5000 voor Christus en een met stukjes beenderen ingelegde, koninklijke deur uit 1621 het mooist.