Aan het eind van de dag reisden we met waarschijnlijk de enige bus per week naar het stadje Villa Serrano. We sliepen in het heel vieze Alojamiento Central, omdat vanwege een fiesta del charango (feest, festival) alles completo (vol) was. Op de muren in de kamer stonden teksten gekrast als "Lave sus sabanas cochino" (was uw lakens zwijn).
In dit stadje is de grootste charango van de wereld. Hij werd voor het feest tevoorschijn gehaald. Voor ons een mooie gelegenheid om foto´s te maken.
We aten sopa de trigo traditional, een pittige graansoep die blijkbaar alleen voor speciale gelegenheden wordt gemaakt.
Vervoer is hier een probleem. Taxi's zijn er niet. Aan het einde van de dag konden we met een bus mee richting de grote witte stad Sucre. De bus ging bij het volgende dorpje, Tomina, kapot. De bevestiging van de bladveren was door metaalmoeheid losgekomen. Niet gek gezien de snelheid waarmee over een rotsige weg wordt gereden. Dit verklaarde ook de enorme hoeveelheid stof in de bus. Typisch is dat niemand daar over klaagde. Met stapels stenen en twee krikken werd de bus omhoog getild. Het was nog even schrikken, want ze waren vergeten de andere wielen te blokkeren, zodat de bus bijna weggleed. Met grote bouten geleend van langskomende bussen en auto´s (Villa Serrano ligt aan een wat belangrijkere weg) werd één en ander weer vastgezet.