We zijn weer veilig en gezond terug in het tamelijk koude Nederland. De vele foto’s moeten we nog uitzoeken. Hier alvast een panoramafoto van de Gran Plaza van Tikal in Guatemala, de grootste Maya ruïnestad van Centraal-Amerika.
Onze route:
We zijn weer veilig en gezond terug in het tamelijk koude Nederland. De vele foto’s moeten we nog uitzoeken. Hier alvast een panoramafoto van de Gran Plaza van Tikal in Guatemala, de grootste Maya ruïnestad van Centraal-Amerika.
Onze route:
San Ignacio (in het spaans Cayo) is een gezellig, enigszins toeristisch stadje (je kunt er diverse niet erg goedkope tours naar de wijde omgeving doen, inclusief Tikal). Het klimaat is er aangenaam en het eten goed. We hebben daar een jong tsjechisch stel ontmoet, die voor de eerste keer buiten Europa op vakantie waren. Ze waren nog wat onzeker en naïef, zoals wij dat ook ooit waren. Voor hen is het wel wat lastiger om te reizen, omdat zij vaker dan wij dure visa nodig hebben. Ook hebben we daar een amerikaans stel ontmoet, dat nogal bezorgd was over het beeld dat de europeanen van amerikanen hebben. Mijn idee is dat de “gewone” mensen, ook in het islamtische deel van de wereld, gewoon bezig zijn met hun leven, werk en hun familie.
Belize stad is relatief klein (zo´n 60.000 inwoners). Opvallend zijn de houten, soms haast vergane huizen en de grachten waarvandaan ook watertaxi´s naar andere steden en dorpjes vertrekken. Opmerkelijk zijn de duidelijk aanwezige taiwanese immigranten, zichtbaar in de vorm van vele winkeltjes, restaurantjes en zelfs als sponsoring van het heel aardige Museum of Belize. Belize heeft in tegenstelling tot Mexico en Guatemala ook een omvangrijke zwarte bevolking. Deze mensen zijn afstammelingen van slaven uit afrika.
Gisteren zijn we weer terug gereisd naar Mexico. We gaan nog een paar dagen in het wat betere hotel Zací in het hete Vallodolid overnachten en nog wat genieten van het mooie, zonnige weer en het lekkere en pittige mexicaanse eten. Daarna is het weer tijd om met nieuwe ervaringen naar Nederland terug te vliegen.
Via Cobán zijn we naar Santa Elena (vlakbij Flores) gereisd, van waaruit we Tikal, de grootste Maya ruinestad van Centraal-Amerika, ‘s-ochtends vroeg (i.v.m. de hitte en het wild) hebben bezocht. In Tikal (700 voor Chr. tot 900 na Chr.) hebben we de grootste ruines beklommen en van het mooie uitzicht, op o.a. de andere imposante bouwwerken, genoten. De hoogste tempel is 64 meter! De bouwwerken bevinden zich midden in een tropische jungle, waar we veel, vaak rumoerige, vogels hebben gezien (o.a. Montezuma’s met hun typische druppelgeluiden en ook Toekans) en natuurlijk niet te missen brulapen (een brullen kunnen ze!). Het was een heel mooie ervaring, die zeker de klamme hitte van Santa Elena (aan de oever van een groot meer) waard was (over de grote kakkerlak in bed hebben we het verder niet, hoewel die wel enige indruk op Hanneke heeft gemaakt …).
De volgende dag zijn we verder gereisd naar San Ignacio (Cayo) in Belize, dus we hebben er weer een paar stempels bij in ons paspoort. Belize is net zoals Guatemala weer heel anders, gelijk al na de grens. De engelse invloed (de eerste taal is Engels, de tweede Spaans) is duidelijk te merken, alles is netter en het eten is ‘beschaafder’ (complexer) en dat is goed voor de nodige afwisseling. Morgen reizen we door naar Belize stad en daarna gaan we weer terug naar Mexico.
Gisteren waren we in het meer toeristische Antigua, tot in de 18e eeuw de hoofdstad van Guatemala. De straten met kinderhoofdjes remmen het verkeer, waardoor het lekker wandelen is in deze mooie, pastelkleurige en fotogenieke stad. Net als in Xela kan je hier goedkoop spaans leren. De stad telt veel kerken en kerkruïnes (vanwege een grote aardbeving in 1773; dit is ook de reden dat Antigua niet meer de hoofdstad is). Om de stad zijn drie grote vulkanen (die vanwege wolken helaas niet zichtbaar waren; één zou voortdurend vuur spuwen).
Vandaag zijn we via Guatemala stad naar het noorden, naar Cobán (1320 m) gereisd. Het klimaat is hier heel anders: vochtiger en dus groener. Het uitzicht op het groene berglandschap vanuit de bus was een lust voor het oog. We zijn dus af van het stof in de zuidelijke streken. Als er in Nederland sprake is van een fijnstof probleem, is er hier sprake van een fijnstof ramp. De oude amerikaanse schoolbussen die hier ingezet worden voor langere afstanden, doen daar nog een flinke schep bovenop. De schreeuwende motoren braken voortdurend roetwolken uit. En hoezo maximum aantal toeren?
We zijn nauwelijks twee weken van huis weg, maar het lijkt wel een eeuwigheid. Er is hier zoveel te zien en te beleven! Elke stad heeft zijn eigen sfeer:
Ook de namen van de dingen zeggen dingen:
De munteenheid is in Guatemala de Quetzal, dat ook de naam van een kleurijke zeldzame vogel is. Zouden de veren van de vogel vroeger als betaalmiddel zijn gebruikt?
In de reisgids las ik dat de eerste bewoners van Centraal-Amerika waarschijnlijk mongoliërs waren. Als je naar de indianen kijkt, kan je dat er best in zien.
Reizen is een soort kuur: veel zon, veel beweging, matig en natuurlijker eten zorgen voor een soort reiniging.
Helaas hebben we niet zoveel de tijd om Guatemala buiten de makkelijk bereikbare steden te verkennen. Hier zijn is een soort mini vakantie binnen een vakantie. Dit land is zeker de moeite waard om uitgebreider te verkennen. Misschien is dit wel het leukste land van Centraal- en Zuid-Amerika!
In San Cristóbal voelde ik mij helaas wat slap (maar gelukkig niet ziek). We bezochten wat marktjes, waar indianen uit de wijde omgeving hun goederen te koop aanbieden, zoals lokale kleding en leer. Ook bezochten we een papierschepperij van een indiaanse gemeenschap en een aardig museumpje met als thema de geneeskunst van de Maya´s. Op de zócalo (=centrale plein, letterlijk sokkel, vanwege het lange tijd ontbreken van een standbeeld in Mexico stad) was het steeds gezellig druk.
Na twee nachten slapen in San Cristóbal zijn we doorgereisd naar Huehuetenango in Guatemala. Het kostte twee collectivo´s, een taxi over de grens, een prachtig opgeknapte amerikaanse schoolbus en nog een taxi. Totaal zo´n 5,5 uur reizen. De grensformaliteiten waren simpel, twee stempels (eerst Mexico uit, later Guatemala in) en één formuliertje.
Guatemala is gelijk heel anders dan Mexico: armer en dus primitiever en een ander soort mensen (niet meer de indianen met hun ronde volle maansgezichten van de afgelopen dagen, maar meer mestizo, gemengd met spaans bloed). De mensen en het straatbeeld zijn heel kleurrijk en fotogeniek. De prijzen zijn ongeveer gehalveerd (een eenvoudig hotel kost zo´n 6-8 euro per nacht).
Vandaag zijn we na een prachtige busreis aangekomen in Quetzaltenango (2335 m). Bij het busstation was een groente- en fruitmarkt, waarvan we prachtige foto´s hebben gemaakt. De stad zelf, die ook Xela genoemd wordt, heeft een prettige uitstraling en is ook bekend vanwege de vele scholen waar je naar onze maatstaven goedkoop spaans kunt leren (ca. $ 125 per week voor 25 uur les, onderdak bij een gastfamilie en maaltijden). Hierom en omdat Guatemala een erg mooi land is, zijn we van plan om in de nabije toekomst een maand of twee naar Guatemala terug te keren.
Vanaf nu moeten we helaas terug gaan reizen om over anderhalve week het vliegtuig in Cancún te halen.