Los Baños del Inca

 2011 Noord-Peru, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Los Baños del Inca
okt 042011
 

Na het middageten in Cajamarca gingen we naar Los Baños del Inca, de plaats waar Atahualpa zijn etterende oorlogswonden verzorgde met het hete water (> 70 graden). Ik verwachtte een collectief open bad, maar iedereen krijgt zijn eigen badkamertje, waar je zelf het stomende hete water kunt mengen met koud water. Wij kozen type “Humboldt“, de meest luxe. Het was lekker ontspannend!

Las Ventanillas de Otusco

 2011 Noord-Peru, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Las Ventanillas de Otusco
okt 042011
 

Vanuit Cajamarca deden we een uitstapje naar Las Ventanillas de Otusco (de “raampjes” van Otusco), zo’n 10 km verderop. Hier zijn 337 in de rotsen uitgehakte nissen. Waarschijnlijk is het een begraafplaats (1130 voor – 1240 na onze jaartelling). Bovenop is er een mooi uitzicht op groene weiden met ‘zwitserse’ koeien (die in Nederland zien er precies hetzelfde uit). Er staan veel manshoge aloë vera’s en andere cactussen. Sommige mensen hebben hun naam in de grote bladeren van de aloë vera gekrast.

In de omgeving zagen we een man en een vrouw hangmatten weven van schapenwol. Één hangmat is acht dagen werk! Het is hun enige inkomen, ca 2,50 euro per dag per persoon. Ze kunnen nu een dagje vrijnemen …

Op de terugweg zaten we even opgesloten in een gammele combi, want de deur ging niet meer open. De weg terug was afgesloten, dus het volle minibusje moest over half verharde, modderige weggetjes terug naar de stad, niet erg aangenaam.

Aangenaam Cajamarca

 2011 Noord-Peru, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Aangenaam Cajamarca
okt 042011
 

De busreis van Chiclayo aan de kust naar Cajamarca (ca. 2700 m) duurde zes uur, iets langer dan gepland door een klapband. Het laatste stuk was over een bochtige weg door de bergen met mooie vergezichten. Na zo’n 10 dagen langs de droge kust gereisd te hebben, is het fijn om in de groenere bergen te zijn. Het klimaat van het kustgebied is dat van een perfecte woestijn. Alleen waar de rivieren uit de bergen komen, daar waar de steden zijn, is het weldadig groen.

We sliepen de eerste nacht in het schone hotel Olimpo bij de busstations, maar we verhuisden de volgende dag naar het centraler gelegen hospedaje Chota. We blijven hier even om aan de hoogte te wennen, want wellicht moeten we later nog veel hoger slapen. Af en toe heb ik hier nog een hapje lucht extra nodig.

Cajamarca is een aangename stad om te verblijven. Het is een soort Cuzco, maar dan zonder al de toeristen en de daarop ingestelde verkopers. De mensen zijn aardig en er is weinig criminaliteit. Sommige mannen en vrouwen hebben brede, hoge hoeden op, een leuk gezicht. Aan de ruime Plaza de Armas (centrale plein) staan een grote kathedraal en een kerk, San Francisco, die ‘s-avonds sfeervol verlicht zijn. Het plein zelf bestaat uit een net plantsoen en betonnen bankjes, omringd door koloniale gebouwen met houten balkons en sierlijke lampen. Hier is Atahualpa geëxecuteerd. Hier aten we ook ons ontbijt, vers gebakken broodjes en de ‘zwitserse’ kaas waar de stad om bekend staat.

Tussen de middag regende het flink. Overdag is de temperatuur heel aangenaam, maar ‘s-avonds is het wat koeler.

We bezochten een markt waar een vrouw bezig was om met een grote bijl een been van een koe te splijten. We dronken té canela y clavo (thee met kaneel en kruidnagel) met een stuk queque (cake, hier altijd zelfgemaakt). Tussen de middag aten we voor een euro per persoon in een lokaal restaurantje gebakken vis, waar iedereen wat langer bleef zitten vanwege de regen. Het was heel sfeervol en gezellig. Omdat we toch even rustig aan doen, ben ik naar de kapper geweest voor slechts één euro. ‘s-Avonds hebben we onszelf verwend met een pizza in de drukke pizzera tegenover de lege, aanbevolen pizzeria la Vaca Loca (de gekke koe).

Gemoedelijk Chiclayo

 2011 Noord-Peru, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Gemoedelijk Chiclayo
okt 012011
 

In het dorpje Magdalena de Cao was niet zoveel te beleven, daarom reisden we door naar de grotere stad Chiclayo (totaal ca. 3 uur). De bus die langs de Pan Americana in Chocope stopte vroeg teveel geld. Door simpelweg te wachten met instappen ging de prijs met 50% omlaag. Er zijn hier maar weinig dingen waar de prijs van vaststaat. Over de prijs van een hotel heb ik ook al diverse malen onderhandeld. Ik ben niet uit op de laagste prijs, maar wel op een normale prijs. De mensen zijn hier arm, ongeveer 5% van de mensen leeft op het randje van het bestaan en ongeveer 40% van de mensen leeft onder de armoedegrens. Vaak geef ik daarom achteraf toch de gevraagde prijs of leuke fooi. Een paar dagen geleden betaalde ik de busrit van een oude, tandeloze man naast mij. Hij zat letterlijk de weinige centjes die hij had te tellen om de bus te betalen. Hij was echt heel erg blij. Volgens de Peruanen is de economie in Peru gestabiliseerd. Er is hier geen financiële crisis of, zoals mijn aardrijkskunde leraar ooit over de Sovjet Unie zei, er is hier altijd crisis. Voor het idee: we geven hier samen ongeveer 25-30 euro per dag uit.

We slapen in hotel Pyramide Real. De kwaliteit van de voorzieningen voor de toeristen en de wat rijkere Peruanen zijn sinds wij hier samen meer dan 10 jaar geleden waren enorm vooruit gegaan. De bussen zijn vaak modern, schoon en voorzien van video. Voor een klein beetje meer geld kun je in lange afstand bussen zelfs een bed krijgen (de afstanden zijn hier groot en anders is de reistijd wel lang). De goedkopere hotels waar we tot nu toe in hebben geslapen zijn allemaal heel netjes. Geen stoffige kamers met doorhangende bedden en vuile lakens meer (hoewel die er in het allergoedkoopste segment best zullen zijn).

Chiclayo is een grote, maar gemoedelijke handelsstad voor landbouwproducten en producten uit het Amazone gebied. Het is hier weer wat warmer, want we zijn weer een stukje dichterbij de evenaar gekomen (die ligt in Ecuador ten noorden van Peru). ‘s-Ochtends is het nog wel mistig, maar in de loop van de ochtend breekt de zon door en wordt het lekker warm.

We bezochten de grote Mercado Modelo (één van de grote, levendige markten). Ook hier is de vooruitgang goed te zien. Je kunt hier alles kopen wat je voor je huishouding nodig hebt en nog heel veel meer. De groenten worden aangeprijsd met een kleine omroepinstallatie. We zagen meloentjes van slechts twee vuisten groot en een jongen met een kruiwagen vol met bananen voorbij komen. Ook zagen we één curandero bezig met het mengen van … geen idee. Ik vermoed dat er hier niet zoveel meer van deze genezers zijn en dat de mensen eerder naar één van de vele farmacias (apotheken) gaan. De volgende dag ontdekten we nog een gangetje in de overdekte markt met de waren van/voor curanderos. Een gedeelte van de waren zijn potjes uit moderne fabrieken.

‘s-Avonds aten we heerlijk vegetarisch in het Hare Krisna restaurant Govinda. Weer eens wat anders dan rijst met bonen, hoewel ik ‘s-middags gefrituurde vis met rijst en dikke erwtensoep at, ook eens wat anders 😉 Dat is de reden dat we steeds op zoek zijn naar menu (van de dag). Het is steeds een verrassing wat je krijgt, maar het is vrijwel altijd goed en heel goedkoop. Je kunt meestal kiezen uit een aantal voor- en hoofdgerechten en er zit vrijwel altijd een zelfgemaakt drankje bij. De mensen zijn bijna altijd blij dat je komt, want ze moeten er van leven.

De volgende dag bezochten we met een colectivo het stadje Lambayeque, vooral bekend om zijn musea en houten balkons. We bezochten museo de las Tumbas Reales de Sipán. Er is een enorme collectie met prachtig aardewerk in allerlei wonderlijke vormen, koralen halskettingen, vele koperen, zilveren en goude sieraden en ceremoniale voorwerpen en een paar halfvergane skeletten. Deze schatten zijn gevonden in de dertien tombes van de piramide tempel Sipán. Het museum was donker en de voorwerpen goed verlicht. Ook hingen overal foto’s van de verschillende stadia van de opgravingen. Het museum zelf bestaat uit drie verdiepingen en is piramide-vormig. Het is zonder meer een prachtig museum.

We zagen het waarschijnlijk langste koloniale balkon van Zuid-Amerika van Casa de la Logia o Montjoy (64 meter). Op ons maakte het geen grote indruk, omdat we al zoveel koloniale steden hebben gezien.

Voor de afwisseling reizen we morgen door naar Cajamarca in de Andes.

sep 292011
 

Na een eenvoudig ontbijt reisden we via Chocope naar Magdalena de Cao. Naar het laatste dorpje op een klein zitplaatsje in een combi over een hobbelige onverharde weg tussen het suikerriet door. Na het regelen van een kamer in het enige hotel van het dorpje, hotel Jobalu, lieten we ons met een mototaxi naar El Brujo brengen.

Eigelijk is dat onjuist, omdat de half gespleten heuvel met de naam El Brujo een stuk verderop is. Deze heuvel staat bekend als een krachtplek waar curanderos (genezers) hun werk deden (doen?). Helaas is het niet veilig om als toerist deze plaats te bezoeken.

De tempel (200-800 na onze jaartelling) was dit keer gelukkig, uit principe, niet gerestaureerd. De kleurrijke decoraties op vier verschillende niveau’s zijn bijzonder mooi. In de tempel is een mummie van een eens machtige vrouw gevonden, la Señora de Cao. Ze werd ongeveer 20-25 jaar, was ongeveer 1 meter 45 en op haar armen getatoeëerd. Op één of andere manier waren haar beenderen opgelost. Op de tempel werden mensen geofferd, als er bijvoorbeeld een natuurramp was gebeurd. Ze werden verdoofd met mescaline, gewonnen uit cactussen.

Het bijbehorende museum is zonder meer het mooiste dat we tot nu toe gezien hebben. Een complete verrassing, omdat we dat helemaal niet verwachtten. Het keramiek was bijzonder mooi van kwaliteit en vorm en in de laatste ruimte was al het koper, zilver en goud verzameld. Helemaal achterin konden we de mummie zien, uit respect half bedekt.

El Brujo wordt beschouwd als één van de belangrijkste vondsten van de Noordelijke kust, maar ik weet haast wel zeker dat er nog iets belangrijkers ontdekt gaat worden. Peru is niet alleen een heel groot land, maar archeologisch vrijwel onontgonnen. Ik ben bijvoorbeeld benieuwd wat er allemaal gevonden gaat worden als Huaca del Sol wordt opgegraven.