Met een mini-busje reisden we naar het wat minder bekende stadje Edfu. Eerst gingen we naar het busstation, 3,5 km ten Noorden van Aswan. De plaats waar de mini-busjes richting Edfu vertrekken, hadden we snel gevonden. We moesten wel wat geduld hebben om een zitplaats te krijgen voor een normale prijs. We lieten één mini-busje zonder ons vertrekken, zodat duidelijk was dat we niet het viervoudige van de normale prijs wilden betalen. Een aardige man, die in België gewoond had, kwam ons vertellen wat de normale prijs was, wat we overigens al wisten. Uiteindelijk mochten we voor een klein beetje meer, ‘voor de politie’, mee. Bij aankomst vertelde de chauffeur ons ook nog welk mini-busje we naar de stad moesten nemen. En de mensen in dat busje vertelden ons precies waar we moesten uitstappen. Transport van en naar het station is extreem goedkoop, zo’n vijf cent per persoon.
De sfeer was van het begin af aan goed en zo bleef het ook. Het eerste hotel dat we bekeken mag rustig door voor het slechtste hotel aller tijden. Volgens mij was het echt nog nooit schoongemaakt. Zelfs niet na de bouw, gezien de hoopjes zand die in de hoeken lagen. We slapen in het meest eenvoudige hotel tot nu toe, el-Medina hotel. De prijs werd door enig onderhandelen bijna gehalveerd. Een ontbijt regelen we zelf wel. De wat oudere eigenaar is in ieder geval slechthorend en misschien ook aan het dementeren. Gelukkig lopen er wat jonge mannen rond die de zaken in goede banen leiden.
Na een lekker broodje falafel, in Egypte ta’amiyya genoemd, bezochten we de prachtige Horus tempel. Eindelijk een plaats waar je op je gemak, zonder grote groepen om je heen, van de mooie afbeeldingen en wonderlijke hiëroglyfen kan genieten! Deze tempel is relatief jong en zeer goed bewaard gebleven. Tot tweehonderd jaar geleden was de tempel begraven onder het zand en was er zelfs een deel van Edfu bovenop gebouwd. Ptolemy III starte de bouw in 237 voor Christus en de tempel werd 180 jaar later afgemaakt door Ptolemy XII, de vader van Cleopatra VII. Op de hoge buitenmuren zijn twee reusachtige afbeeldingen van Ptolemy XII Neos Dionysos gekerfd, die zijn vijanden bij de haren vasthoudt voor Horus.
Bijzonder is het laboratorium waar wierook en parfums werden bereid. De recepten staan in de vorm van hiëroglyfen op de muren. Ook bijzonder is de Nilometer, een aflopende gang waar de stand van de Nijl afgelezen kon worden. Dit was belangrijk voor het bepalen van het juiste moment van de oogst.
De souq van het stadje is heel authentiek. Ik heb geen toerist gezien. Een kilo navelsinaasappels kost ‘gewoon’ twee pond (iets meer dan 25 cent). Er rijden hier tractors rond met ongelofelijk hoog geladen suikerriet. Een leuk gezicht! Als je wilt, kan je je hier, zoals in zoveel plaatsen in Egypte, laten vervoeren door een paard en wagen. Ik vind het niet leuk om de magere paarden zo hard te zien werken, dus wij maken er geen gebruik van.
We dronken thee in ‘onze’ vaste ahwa (koffiehuis), waar we gewoon een normale prijs zonder enige discussie betalen. Iedereen is nieuwsgierig naar ons, wat vaak leidt tot korte, gezellige gesprekjes. We aten dit keer weer eens een heerlijke warme koshary met limoen- en hete saus uit een metalen kommetje.