Het Zuid-Indiase restaurant

 2008 Zuid-India, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Het Zuid-Indiase restaurant
jan 102009
 

Restaurants zijn er in verschillende types en zijn meestal hotel zonder hotel. Behalve de luxere hotels worden echte hotels meestal als lodge aangeduid. Wij aten bijna altijd in ‘veg’ of ‘pure veg’ restaurants, bij voorkeur waar veel mensen zitten. Het is vrijwel altijd vrij zitten, behalve op de plekken aangeduid met ‘no service’. Als het druk is, zoekt de ober soms een plaats voor je. Het is niet ongebruikelijk dat je bij iemand anders aanschuift of dat iemand bij jou aanschuift. In de betere restaurants zijn er ‘family rooms’ of is er een ‘airco’ gedeelte, waar vaak een toeslag voor gerekend wordt, bijvoorbeeld 5%. Als toerist wordt je daar snel heengestuurd, maar er is geen verplichting om daar te gaan zitten (niet gezellig als je de enige bent die daar zit).

Meestal vraagt de ober vrij snel wat je wilt eten. Bijna altijd is er een Engelse menukaart. Op den duur weet je ook wel de namen van de gerechten die je voorkeur hebben. Voor mij is Rava dosa bijvoorbeeld altijd goed. In de betere restaurants staan er ook Noord-Indiase gerechten op de kaart, zoals Paneer Mutter.

Leaf meal

Leaf meal

De lokale gerechten worden razendsnel geserveerd, zeker de Thali tussen de middag (meestal simpelweg aangeduid als meal of leaf meal). Deze maaltijd is meestal ‘unlimited’ (onbeperkt) en wordt geserveerd of op een bananenblad direct op tafel of op een roestvrijstalen dienblad met opstaande randen met de sauzen, zoals de altijd aanwezige Sambar in metalen kommetjes. Vaak krijg je ook een Papad (papadum). De ober vult de rijst en de sauzen aan uit grote stalen emmers die hij per twee of drie draagt, totdat je met je hand wuift dat je genoeg hebt. Vaak is er een kommetje met een zoet nagerechtje, als je geluk hebt Payasam, rijstepap met suiker en cardamom en een paar rozijnen en/of cashewnoten. Vaak is er ook een kommetje met karnemelk en een kommetje Dahi (zelfgemaakte yoghurt), die uitstekend smaakt en goed is tegen de gevolgen van de vaak ruim aanwezige chili.

Koffie en chai zijn er niet altijd, vaak niet tijdens de lunch. Ze worden meestal geserveerd in een metalen bekertje dat in een metalen bakje staat. De bedoeling is dat je de suiker die onderin zit mengt door de thee of koffie een aantal malen van het ene in het andere te schenken. Soms doet de ober dat met grote handigheid voor je, vaak met lange kletterende stralen, zodat er ook schuim op komt. Water is er bijna altijd in ijzeren bekers. In de koudere bergen  soms warm. Af en toe is het water gezuiverd, maar meestal drinken we het voor de zekerheid niet en bestellen we een fles mineraalwater (dat dan evenveel kost als op straat). De bedoeling is dat je het water drinkt zonder het kommetje aan te raken.

Poori

Poori

Een greep uit gangbare Zuid-Indiase gerechten die zowel als ontbijt als avondeten gegeten worden (ja, we eten hier drie keer per dag warm!): Idly (vinden wij niet zo lekker), Pongal (vinden we ook niet zo bijzonder), Vada (vaak met Sambar; kopen we wel eens op straat en kan heel lekker zijn), Poori (lekker!), Dosa (meestal met Masala; ook lekker), Rava Dosa (mijn favoriet), Oothapam (op bestelling met ui en/of tomaat), Parotta, Chappathi, Paper Roast (meestal met Sambar), Roti, Naan, en Pappad (de spelling varieert, taalfouten, zelfs op officiële (verkeers)borden zijn niet ongewoon). Zoetigheden, zoals Khova, Ladu en Burfi, zijn vaak heel zoet en/of vet of bevatten melk en eten wij maar heel af en toe.

Het is gebruikelijk om te eten met je rechterhand, maar op verzoek en ook vaak vanzelf, krijg je een lepel. Je handen was je voor en na de maaltijd bij de altijd duidelijk aangegeven ‘hand wash’, meestal alleen met water, hoewel er soms ook zeep of dunne shampoo aanwezig is.

Als je klaar bent met eten, aangeduid door het magische woord ‘finished’ (klaar), wordt de tafel afgeruimd en schoongemaakt met een soort blokwisser. Hiervoor is speciaal personeel, soms jonge of juist oudere mensen en ook wel eens enigszins gehandicapte mensen. De schoonmakers worden nog wel eens afgeblaft door de obers.

De rekening komt vrijwel altijd snel. Je hoeft er in ieder geval bijna nooit om te vragen. Meestal wordt de rekening gepresenteerd in een (kunst)leren mapje, waar je voldoende geld in stopt (een goed moment om grotere biljetten te wisselen). De ober haalt het mapje weer snel op; soms staan ze erop te wachten. De obers dragen het geld onveranderlijk af aan iemand die bij de kas zit. Het wisselgeld komt in hetzelfde mapje meestal zonder rekening terug of in een mandje of schaaltje waar (gesuikerde) venkel of andere zaadjes in zitten (niet erg hygiënisch). De fooi laat je achter in het mapje of schaaltje, dat vaak pas wordt opgehaald als je weg bent. Soms moet je van tevoren betalen en krijg je een bonnetje of muntje (met name voor de thali), maar als toerist wordt je daar bijna altijd van uitgezonderd. Soms zit er ook nog iemand bij de keuken, die opschrijft welke gerechten geserveerd worden. De rekening klopt in ieder geval bijna altijd.

Theni

 2008 Zuid-India, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Theni
jan 102009
 
Theni

Theni

Vandaag zijn we vanuit Kodaikanal doorgereisd naar Theni, de hoofdstad van het gelijknamige district (3½ uur met de bus zo’n 2000 meter naar beneden). We willen naar het heuvelstation Munnar, maar om één of andere reden is de normale, meer directe weg, afgesloten en moesten we via deze stad reizen. Voor de stad waren er veel stenenbakkers. Soms zag de weg voor grote stukken blauw van de rook van de houtvuren om de stenen te bakken.

De stad lijkt geen toeristen gewend. De rickshaw chauffeurs spreken ons bijvoorbeeld niet aan. We slapen in een gewone, maar prettige kamer in het enige driesterren hotel van het district met de fantasievolle naam Hotel Theni International. We zijn van plan morgen de stad te verkennen en tegen de middag door te reizen.

Kodaikanal

 2008 Zuid-India, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Kodaikanal
jan 092009
 
Kodaikanal

Kodaikanal

Het ooit door Amerikanen opgezette heuvelstation Kodaikanal (kortweg Kodai; 2100 meter; ruim 32000 inwoners) bereikten we na een spectaculaire busreis van drie uur (slechts 65 kilometer!). De uitzichten waren geweldig. We konden Palani met zijn tempel op de hoge heuvel zien en ook een mooi groot meer. De bus reed later door verschillende soorten bossen en het werd steeds koeler. Veel Indiase mensen bezoeken het bergstadje in de zomer om de hitte even te ontlopen en gelijk hebben ze! Het stadje ligt verspreid over diverse heuvels en heeft een erg prettige uitstraling. Bij wijze van uitzondering zijn hier geen rickshaws (alleen witte taxi’s).

We slapen in het uitstekende Hotel Strawberry Park, waarvan de zes of zeven verdiepingen tegen een heuvel zijn gebouwd. De nummering van de verdiepingen neemt ongebruikelijkerwijs naar omlaag toe (de één na hoogste verdieping is de ingang). Het warme water wordt verzorgd door een grote ketel met een houtvuur op te stoken. Het water wordt iedere dag met een vrachtauto gebracht.

Halverwege de middag aten we overheerlijk in het goed bekendstaande Hotel Astoria. Het was misschien wel de beste Thali tot nog toe. We hadden niet zoveel trek, maar toch hebben we daar in de avond nog Noord-Indiase gerechten gegeten (in Zuid-India alleen in de betere restaurants, eh, hotels te krijgen). Hanneke at haar favoriete gerecht Malai Kofta en ik at Paneer Mutter. De buren bestelden Paper Roast, in dit geval gerold tot een grote puntmuts van tegen de 50 cm, en Channa Batura, een gigantische Poori. Heel leuk!

Vandaag hebben we rustig het stadje verkend, leuke souvenirs gekocht en o.a. rond het bergmeer gewandeld. Uiteraard genieten we vandaag ook weer van het overheerlijke eten hier!

Palani

 2008 Zuid-India, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Palani
jan 092009
 
Heilig vuur

Heilig vuur

Kokosnoten gooien

Kokosnoten gooien

Palani is een parel van een stad, die niet in onze reisgids wordt beschreven (misschien wel bewust). Het is een heel kleurrijke pelgrimsstad. We hebben ons met een rickshaw naar ‘de’ tempel laten brengen. Daar waren heel veel mensen op de been; voornamelijk toegewijden van onze favoriete godheid Ganesha. De sfeer was heel goed. Voor de tempel was op het asfalt een vuur, waar de mensen hun handen vouwden en buigingen maakten. Sommige pakten kruislings hun oren beet, schudden drie keer links/rechts met hun hoofd en knielden drie keer. Het vuur werd door velen op een kokosnoot meegenomen en enkelen lieten op elke traptrede naar boven een vuurtje achter, zodat een heel spoor ontstond. De mensen die terugkwamen gooiden hun kokosnoot in een speciaal daarvoor bestemde hoek kapot (ik zat onder de spetters, omdat ik daarvan zonodig een foto wilde nemen). We zijn de tempel niet ingeweest (waarschijnlijk zouden we toch niet toegelaten zijn). We hebben wel de omgeving bekeken, welke eigenlijk één grote bazaar was, met allerlei religieuze artikelen, zoals kettingen, kleurstoffen, beeldjes, geelwortel, trommels, e.d. Langzaam zijn we teruggelopen naar het hotel, dat over een meer uitkijkt, waar veel waterhyacint groeit. Op sommige waterwegen is deze woekerende plant problematisch. We hadden het reuze naar ons zin!

Topslip

 2008 Zuid-India, Reizen  Reacties uitgeschakeld voor Topslip
jan 072009
 
Werkolifant, Topslip, India

Werkolifant, Topslip, India

Gisteren gingen we met de bus naar het op een hoge heuvel (2240 meter) gelegen dorpje Topslip in het Indira Ghandi National Park (ca. 1½ uur, ook Anamalai Tiger Reserve genoemd). Het laatste stuk van de weg was smal en erg slecht. De buschauffeur manoeuvreerde heel handig door de vele (haarspeld)bochten omhoog.

Het tempo van de mensen ligt hier laag. Het duurde best een poosje voor de forest ranger ons bij de receptie ontving en onderdak voor ons regelde in de nabijgelegen bison lodge, een ruime cottage waar de aapjes op het dak en voor de deur zaten. Tussen de middag aten we in de enige canteen een eenvoudige, maar smaakvolle maaltijd, uiteraard gebaseerd op rijst.

In de namiddag deden we onder begeleiding van een lokale gids een trekking van een paar uur. Ontzettend leuk was dat we drie in het wild levende vrouwtjesolifanten een poosje van bovenaf bewonderd hebben! Verder zagen we van dichtbij gevlekte herten en een ander soort hert op een wat grotere afstand. Ook zagen we aapjes, waaronder de zeldzame Nilgiri Langur. Om ons heen waren voortdurend de spannende geluiden van de jungle. Later in de avond aten we nog chappathi en een ‘Amlet’. De meeste mensen die in het goed georganiseerde park leven en werken zijn van de Kada stam.

Vandaag zijn we teruggereisd naar Pollachi en vandaar door naar Palani, waar we vannacht slapen in de redelijke New Tirupur lodge.

Bussen Palani-Topslip: 6:00, 10:10, 11:15, 1500
Bussen Topslip-Palani: 9:30, 13:00, 13:15, 18:30
(januari 2009)