Met een gewone bus reisden we in net een uur naar Irapuato (1724 meter, 380.000 inwoners).
Op weg naar het centrum kwamen we langs een visrestaurant met de naam El Barco (de boot). We bestelden “caldo de pescado” (visbouillon) die in kommen zo groot als de oceaan met hompen vers brood werd gereserveerd. Ook waren er een schaal verse koriander, een schaal uien en diverse sauzen. Alles was heerlijk!
Hoewel we gewoon naar het viersterren businesshotel San Francisco Irapuato hadden kunnen gaan, bezochten we een aantal hospedajes en hostals. Sommige waren vol (of wilden ons niet als gasten hebben) en anderen hadden een slecht, doorhangend bed. Eén van de hostals was ook te boeken via booking.com, maar de prijs aan de balie was veel hoger en de ontvangst was niet echt vriendelijk. Uiteindelijk kozen we de sfeervolle Casa de Huespedes (huis van gasten), beheerd door twee oudere, vriendelijke mannen. Alles is netjes en achterin is er een tuin. De kamer wordt afgesloten met een zwartgeverfde ijzeren deur met een ondoorzichtig (bubbeltjes) raam met een tralie in de vorm van een kruis. De douche heeft indigo tegeltjes in een paar verschillende tinten. De spiegel en de wc-bril hebben, hoewel ze nog bruikbaar zijn, hun langste tijd gehad. Hetzelfde geldt voor de laken en dekens. De plafondventilator is stoffig en in plaats van vier gloeilampen zat er één spaarlamp in de ventilator. Heel schoon was het niet, maar ook niet heel vies.
We verkenden de levendige stad. Aan een groot plein is er een fontein, eigenlijk een waterorgel, met aangrenzende mooie “templos” (kerken). Het waterorgel heet “Fuente de Aguas Danzarinas” (fontein van het dansende water). Een stukje verderop was er een kleurrijke kermis. Één van de attracties werd door een oudere man in versleten kleren met de hand aangedreven. De ondergaande zon lichtten de gebouwen prachtig op. We kochten mineraalwater in een apotheek en diverse soorten versgebakken koekjes bij een bakker in een zijstraatje.
We aten havermout als ontbijt en verhuisden naar het grotere hotel Irapuato. We hadden een ruime kamer aan de achterzijde, zodat we geen last hadden van het lawaai van de straat. De inrichting was netjes, waarschijnlijk uit de jaren 70. Toen ’s ochtends de zon opkwam, zagen we dat het gordijn een gatenkaas was. We werden wakker van een goed klinkende “Big Ben” klok in de buurt. Handig was dat er waterbronnen met mineraalwater in het hotel staan.
Hanneke kocht een nieuwe jegging en ik een nieuwe trui. (De oude was vuil, haha.). Kleding is hier goedkoop en van goede kwaliteit.
De meeste Mexicanen in de stad eten en snacken veel en dat is ze goed aan te zien. Het eten is voor ons relatief goedkoop en van goede tot zeer goede kwaliteit. Als je niet van de smaak van maïs houdt, kun je beter niet naar Mexico gaan.
De mensen laten ons op een enkele bedelaar na met rust en zijn vooral met zichzelf bezig. Soms wordt onze nationaliteit gevraagd, meestal in een hotel of restaurant. Gelukkig merken we niets van de uitspraken van de fascistische Donald Trump. In de steden zien we weinig armoede. De mensen zijn goed gekleed en alle luxe die wij kennen is ook in de Estados Unidos de Mexico beschikbaar.
https://goo.gl/photos/DBkAfMocfQUa5fhi9